woensdag 30 november 2011

Openingsspeech Elmer de Gruijl

Door Sanne ten Brink

Mijn naam is Sanne ten Brink en ik werk als Senior Conservator bij ING Art Management. Ik vind het een eer om de tentoonstelling Dag in Dag uit van Elmer de Gruijl te mogen openen in Galerie Kap Pur in Tilburg. Toen ING gevraagd werd deze tentoonstelling te openen hebben wij daar niet lang over hoeven nadenken. Het verzamelbeleid van de ING Collectie richt zich namelijk sinds de jaren 70 op Nederlandse hedendaagse figuratieve kunst, met dezelfde intentie als de werken van Elmer de Gruijl die hier vandaag te zien zijn.

We treffen elkaar vandaag in roerige tijden. Een beetje redacteur hoeft momenteel niet ál teveel moeite te doen om de kolommen van zijn krant te vullen. Mag Mauro in Nederland blijven? Fraude bij wetenschappelijk onderzoek, notabene op de universiteit in deze textielstad en Dag in Dag uit staan de kranten vol over de bezuinigingen in de culturele sector. Wij leven in een gekke tijd. Je hoeft geen groot ziener te zijn om te stellen dat - als we onze welvaart tegen deze achtergrond tenminste nog op peil willen houden - we heel wat creativiteit nodig zullen hebben.

En juist daarom is het zo belangrijk dat er tentoonstellingen als deze van Elmer de Gruijl worden georganiseerd.

Binnen de figuratie zijn vorm en inhoud nauw verweven. Het idee achter de geschilderde voorstelling wordt versterkt door de stijl en techniek van het schilderen. De keuze van het geschilderde onderwerp wordt bepaald door de kunstenaar zelf. Het hart van het kunstenaarschap ligt in het combineren van vorm en inhoud, gedachte en taal. Dat geldt voor alle kunstenaars. En juist hier slaagt Elmer zo goed in. Elmer laat via zijn portretten het publiek door zijn ogen naar de wereld kijken. De kijker stapt als het ware in de schoenen van Elmer en beleeft de wereld op zijn manier. De kunstenaar werpt daarbij een kritische blik op de ontwikkelingen in de hedendaagse maatschappij. Voor Elmer lijkt het schilderij een voertuig, hij deelt iets mee aan de kijkers, een mededeling die voor hem van groot belang is. Hij probeert ons de ware natuur van de mens te laten zien, door de figuren in zijn schilderijen op een soms pijnlijk confronterende, maar tegelijk humoristische wijze af te beelden.

Zo zijn we in het werk Tattooatie getuige van een hedendaags tafereel waarbij een behoorlijk gezette dame al bukkend haar lichaam laat versieren door een vrolijke bebrilde tatoeëerder. Ook in het kunstwerk Liefde in Overvecht Noord zijn we getuige van een alledaags tafereel, waarbij twee moslima’s op de schoot van hun vrijwel identieke vriendjes hangen. De toeschouwer vraagt zich af of Elmer de toeschouwer aan het lachen en of aan het huilen wil brengen. Deze gedachte komt bij verschillende werken van de Gruijl naar voren en zorgt voor een spanning die de toeschouwer niet snel loslaat.

Het werk van Elmer overrompelt door de ambachtelijkheid en zijn vakmanschap. Zijn doeken zijn het prachtige succesvolle resultaat van tijdrovende arbeid en concentratie op een inspirerend idee. Als je de figuren op Elmers werk bekijkt zie je een metafoor voor een portret. Elmer lijkt op zoek te zijn naar de identiteit en zet die op het doek. Het achterliggende karakter van de persoon. Wie of wat verschanst zich achter de voorstelling van alledag. Zonder het vakmanschap zou het alle overtuigingskracht missen. In de kunst van Elmer gaan vorm en inhoud onlosmakelijk samen.

Elmer heeft zoals hij zelf zegt een obsessie voor karakters die zich verlaten voelen in de massa. Veel van zijn figuren lijken op het punt te staan de kijker een droevige mededeling te doen. Ze kijken de toeschouwer recht aan, alsof ze de onbeholpenheid van het bestaan willen delen. Het maakt de kijker nieuwsgierig naar wat er zich daadwerkelijk afspeelt in het hoofd van deze figuren.

Het zijn spannende schilderijen en zij benadrukken dat identiteit omgevingsafhankelijk is. Ik ben dan ook reuze benieuwd in welke omgeving, in welk interieur deze werken straks zullen belanden, die omgeving wordt er in ieder geval interessanter door.

ING heeft drie werken van Elmer in haar collectie. Als ik deze werken vergelijk met het nieuwe werk hier op de tentoonstelling zie ik een duidelijke ontwikkeling. Los van het feit dat Elmer technisch weer beter is geworden, hebben zijn personages ook een ontwikkeling doorgemaakt. Ze lijken lichtvoetiger en humoristischer.

Het is zeer bijzonder dat wij hier met zijn allen kunnen staan. Dank aan galerie Kap Pur maar natuurlijk ook aan Elmer. Zonder zijn gedrevenheid, doorzettingsvermogen en creativiteit zou deze tentoonstelling nooit tot stand zijn gekomen.

woensdag 31 augustus 2011

Heidi Wulms, Elmer de Gruijl en Ron Amir

Verslag van Ivo Cuppens

Terug van de kunstreis naar Luik en na het maken en versturen van een viertal verslagen van die reis, bezocht ik vanmiddag de Galerie Kap Pur aan de Korvelseweg 151 in Tilburg. Heel bijzonder werk trof ik daar aan van de boven vermeldde schilders. Ofschoon de expositie nog maar t/m vier september te zien is (Wo 11-18, Do 11-20, Vrij 11-18, Za 13-17 en laatste zo vd mnd 13-17 uur) wil ik er toch nog verslag van doen omdat de werken mij zeer aanspraken. Vooral het werk van Heidi Wulms maakte indruk.

Heidi Wulms, Me and my gun III, olieverf op doek 133 x 160 cm, 2010

Dit grote werk pakt je meteen, dat komt vooral door de ogen van de vrouw die je recht aankijken en de aandacht van de toeschouwer vasthouden. Je ziet hoe hyperrealistisch de starende ogen geschilderd zijn en hoe scherp de spieren en botten van het lijf en het nonchalant naar beneden gegleden schouderbandje weergegeven zijn.

Opvallend is het contrast van het strenge, strakke gelaat met de decoratieve achtergrond, waarbij nog net een stukje van een nogal huiselijke, romantische schemerlamp te zien is.
De vrouw stelt je voor een raadsel. Uit het gesprek dat ik met de op de expositie aanwezige kunstenares had, bleek dat zij de interpretatie van het schilderij aan de toeschouwer overlaat. Ook de titel biedt als zodanig weinig houvast. Overpeinst deze vrouw hoe zich los te maken uit de geordende huiselijke omstandigheden ? De ernstige en strakke gezichtsuitdrukking spreekt voor een dergelijke problematiek. Een van de kenmerken van kunst is, dat zij vragen en verhalen uitlokt en dat is hier zeker het geval.

Van Wulms zijn nog twee grote portretten aanwezig die getuigen van haar geheel eigen stijl waarbij vooral de weergave van de ogen heel bijzonder is. In het ene portret zijn de ogen bijna dicht geknepen, het andere portret toont de zachte maar ook tegelijk wat verwarde ogen van een bejaarde vrouw

Ook de werken van Ron Amir en Elmer de Gruijl getuigen van een volstrekt eigen stijl.

Elmer de Gruijl, De bungalow, acryl op linnen, 185 x 145 cm, 2010.

De toelichting bij de expositie vermeldt dat Elmer de Gruijl gefascineerd wordt door personages die zich verlaten voelen in de massa. De massa is op dit schilderij niet te zien, in tegendeel het stel zit er verlaten en buitengesloten bij.

Dit werk doet mij sterk denken aan het schilderij dat Otto Dix schilderde in 1921 en waar hij zijn verarmde ouders weergeeft tijdens de crisisjaren, ook zij kijken, gezeten naast elkaar, vreugdeloos en uitzichtloos voor zich uit. Dit schilderij van de Gruijl kleurt even grauw en roept daardoor een sfeer op van verval, eenzaamheid en verloedering.

De titel De bungalow roept vraagtekens op. Achter een vergrijsde muur zijn wel de daken van saaie, eenvormige rijtjeshuizen (van de massa ?) te zien maar een bungalow is nergens te bespeuren. Was het stel eerder de trotse bezitter van een bungalow en zijn ze met bankstel en al buitengezet ?

De auto voor de garagedeur op de achtergrond lijkt op een soort verlopen Wartburg uit de Oost-Duitse tijd en past bij het droeve beeld. De vrouw zit er berustend bij, terwijl de man met zijn grote bril nog steeds de status van een intellectueel uitstraalt. Dat wijst erop dat er eerder betere tijden waren voor het stel.

Als kunst, zoals hier, getuigt van een bepaalde tijdgeest geeft dat een extra dimensie aan het kunstwerk. We herkennen de armoede, het isolement en de uitzichtloosheid en worden er door aangesproken.

Ivo Cuppens, Gilze, 28 augustus 2011.

woensdag 20 juli 2011

Groepsexpositie Portretten

met werk van Heidi Wulms, Elmer de Gruijl en Ron Amir

Expositieduur:
tot en met 4 september 2011
Locatie: Galerie Kap Pur, Korvelseweg 151 te Tilburg
Meer info: www.kappur.com

Het thema van deze expositie is “portretten”. Een eenvoudig thema maar toch geeft elke kunstenaar hier een complexe invulling aan. Alle drie hebben een eigen stijl en uitgangspunt en alle drie zijn ze bezig met de zelfkant van de maatschappij.

In het werk van Heidi Wulms staat voornamelijk de mens centraal. Haar schilderijen zijn realistische beelden van personages, die de toeschouwer als zodanig herkend in zijn eigen werkelijkheid. Het zijn momentopnames van personen die zichtbaar een emotie beleven waardoor een bepaalde situatie ontstaat. Vaak een heel kwetsbaar moment van veelal vrouwen. Door deze situatie uit z’n context te halen door het toepassen van een bepaalde symboliek of een afwijkende titel ontstaat weer een nieuwe situatie die vanaf dat moment vooral wordt ingevuld door de toeschouwer. Het is aan u om te bepalen in hoeverre uw beeld bepaald wordt door bestaande, aangeleerde en cultureel bepaalde denkpatronen.

Elmer de Gruijl heeft een obsessie met karakters die zich verlaten voelen in de massa. Zijn portretten tonen mensen in hun eigen omgeving, maar toch zien deze personen er ongemakkelijk en bedremmeld uit hoewel ze ons recht aankijken. Ze lijken verloren in onze maatschappij. Je vraagt je af of ze zich niet op hun gemak voelen of dat ze iets gaan doen wat niet mag? Deze spanning weet Elmer fantastisch over te brengen. Elk type mens is lijdend voorwerp: burgermannetjes, stoere macho sporters, hangjongeren, enzovoort. Niemand ontkomt aan zijn scherpe observaties. Zijn werk noopt dan ook tot onderzoek naar wat er werkelijk schuil gaat achter de façade van het leven: zwakte, hulpeloosheid....?

Ron Amir ontwikkelde een fascinatie voor werken van meesters als Michelangelo, Bosch en Caravaggio. Naast zijn monumentale schilderijen en tekeningen die vooral op deze meester teruggrijpen, is Ron onlangs begonnen met een serie kleine olieverf portretten. Waarvan u hier het resultaat ziet. Ron ziet de expressie van emotie als de belangrijkste waarheid of waarde van kunst. Het moderne leven is voor hem het belangrijkste gebied waarbinnen zijn kunst zich beweegt en waar hij de menselijke conditie onderzoekt. Hij ziet zijn werk als een vorm van zelfportrettering waarbij gedachten veranderen in patronen en beelden, zowel persoonlijk als sociaal. Rons werk is vaak gewelddadig en de serie portretten zijn zelfs morbide, gruwelijk en monsterlijk. Portretten met een verhaal.

Zoals ik al aangaf, zijn het geen makkelijke werken. Ze schuren en zijn soms pijnlijk maar toch zijn ze allen met veel liefde en integriteit geschilderd. En zo kennen we ook de kunstenaars, als persoon en als kunstenaar, vol liefde voor hun vak.

Zo zijn hun portretten ook daadwerkelijk portretten van henzelf.

dinsdag 31 mei 2011

Let me entertain you

Joram Roukes komt oorspronkelijk uit Lelystad en is in 2006 afgestudeerd aan de Academie Minerva in Groningen waar hij nog steeds woont. Na zijn afstuderen is Joram voor een aantal kunstprijzen genomineerd en in 2008 ontving hij een startstipendium die hij heeft gebruikt om een tijd lang in New York te gaan wonen dat wel het mekka van de consumptiemaatschappij kan worden genoemd. Waarom ik dat aankaart, wordt zo nog duidelijk. En enige tijd geleden, is zijn werk geëxposeerd in Londen.
Speciaal voor deze expositie heeft Joram nieuwe schilderijen gemaakt, enkele afgerond en, en dat was relatief nieuw voor hem, een serie tekeningen op klein formaat gemaakt. Hij is namelijk vooral schilder maar ook het feit dat het kleiner moest zijn dan 2 bij 3 meter bezorgde hem kopzorgen. En uiteraard, en dat vinden wij erg bijzonder, heeft hij deze muurschildering gemaakt genaamd “Slapstick”. Een titel met dubbele betekenis, namelijk een letterlijke en figuurlijke. Wellicht dat het schilderen op muren hem weer even terug bracht naar zijn graffiti tijd.

In zijn werk komt duidelijk zijn fascinatie voor de stad naar voren, voor het leven in de stad en ook de onontkoombaarheid aan het soort leven dat je daar leidt of om je heen wordt geleid en aan je wordt opgedrongen. Deze dynamische taferelen en portretten bouwt hij op met behulp van een mix aan stijlen en technieken waarmee hij tevens de vele facetten, subculturen en lagen in de maatschappij toont. Zo’n maatschappij is nooit klaar, die blijft in beweging en is zeer complex. En zo zijn ook zijn werken.

De personages in zijn werken zijn al even fragmentarisch opgebouwd als hun omgeving. Opgebouwd uit vele verschillende elementen: mensen, dieren, grafische elementen en herkenbare iconen uit de reclame. Deze opbouw toont dat we allemaal een som der delen zijn. Dat onze identiteit niet eenduidig is en dat we zowel uniek zijn als ook in de pas lopen, met de massa mee om vooral niet te veel op te vallen. De personages blijven hierdoor ook unaniem omdat een herkenbare identiteit afbreuk zou doen aan de boodschap van Joram.

Joram toont de extremen van massaconsumptie, status en materialisme op een zeer humoristische wijze en zonder er een oordeel over te vellen want dat is aan de toeschouwer. U mag uw kritiek op onze huidige maatschappij geven, u mag uw mening daar over vormen. Ondanks de luchtige manier van werken, komen de schilderijen en tekening stevig aan en worden ze toch al gezien als maatschappijkritisch, simpelweg vanwege de combinatie van al die zeer herkenbare iconen van de westerse maatschappij.

Joram ziet zijn werken als karikaturen van een banale maatschappij, in de greep van, wat ik zojuist al noemde, de drang naar consumptie en er bij moeten horen. Hij noemt het expliciet geen angstbeelden, door de groteske en humoristische manier van schilderen lijkt hij te willen zeggen: “we kunnen het wel aan, hoor”.


Toch lijkt Joram zo nu en dan te twijfelen of het gaat lukken. Aan de ene kant ziet hij het nog gebeuren dat legervoertuigen in de toekomst worden gesponsord middels kleurrijke en feestelijke reclame-uitingen, aan de andere kant lijkt de introductie van westerse normen en waarden in het middenoosten faliekant te mislukken.

Wij willen u dan ook uitnodigen uw eigen oordeel te vellen over de thema’s die ten grondslag liggen aan deze prachtige werken en te beslissen hoe u zich hierbij voelt.

zondag 20 februari 2011

De wereld achter het verhaal

Expositie met werken van David van der meer

Expositieduur: tot en met 27 maart 2011
Locatie: Galerie Kap Pur, Korvelseweg 151 te Tilburg
Meer info: www.kappur.com

Een prinses, badeend, kano, kuiken, barbiepop of geit; dat zijn enkele van de beeldelementen die David van der Meer in zijn schilderijen gebruikt. Hij creëert daarmee werelden waarin je als toeschouwer verdwaalt en steeds nieuwe lagen ontdekt.

David is in 2004 afgestudeerd aan de Academie voor Beeldende Kunst te Kampen, in de richting schilderen. David is scheppend en vernieuwend bezig en heeft een geheel eigen, collageachtige beeldtaal ontwikkeld. Hiervoor is hij beloond met een startstipendium en werd hij genomineerd voor de Buning Brongers prijs. Zijn werk is opgenomen in verschillende collecties van zowel particulieren als bedrijven.

Laag over laag schept hij een wereld waarin figuratieve elementen uit zijn persoonlijke leven en beelden uit de massamedia een fascinerende vervreemding teweeg brengen. Soms doorleefd en dan weer heel fijn geschilderd. De verweerde ondergrond wordt in sommige doeken letterlijk gladgeschuurd om een nieuwe wereld te openbaren.

Door het gebruik van een kleurig palet krijgt zijn werk een positief karakter. Het werk kan als autobiografisch worden gezien maar David geeft de toeschouwer wel de ruimte zelf in te vullen wat men ziet. Soms zelfs letterlijk door lege tekstballonnen toe te voegen.

David gebruikt een compleet eigen set van beelden die hij eindeloos combineert, door elkaar, over elkaar en vervlecht tot een collage van geschilderde beelden. Door herkenbare beelden, bijvoorbeeld uit de massamedia, te combineren beelden uit zijn persoonlijk leven, vraag je je af of het werk autobiografisch is of juist afstandelijk. En zo zet hij je op het verkeerde been, of toch niet?!
Zijn schilderijen zijn bijna allesomvattend. Ze dagen uit tot nader onderzoek maar zijn ook licht en sprookjesachtig met onschuldige en kwetsbare dieren en personen. Ze zijn romantisch maar kunnen ook lachwekkend zijn door de cartoonstijl die hij regelmatig hanteert. Terugkerende figuren zijn bijvoorbeeld het kuiken en een badeend. Eenvoudige, simpele figuren maar ze staan ook voor nieuw leven en voor onschuld en, in het geval van de badeend, ook voor kunstmatig.

David maakt vaak zeer grote werken en zegt daar zelf over: ‘Het zijn doeken die je in het echt moet ervaren. De reden van de grote formaten van deze schilderijen is dat ik vind dat je dan beter deel uit kunt maken van de wereld van het schilderij. Je stapt er sneller in.‘

Je voelt jezelf als toeschouwer inderdaad als een soort van Alice in Wonderland. Niet alleen vanwege het formaat, en deze werken zijn vergeleken met sommige van zijn werken nog kleintjes, maar ook vanwege de voorstellingen. Maar ook Alice verdwaalde in een wereld die enerzijds absurd en abstract was en dan weer levensecht met vele, zeer vele verschillende en afwijkende figuren, dieren en landschappen.

Hoewel je een vooraf bepaald verhaal denkt te ontwaren, zegt David toch: ‘Soms begin ik met een gedachte, maar ik kan dat nog geen uur volhouden en dan is het schilderij al helemaal anders dan wat ik had bedacht.’ Het schilderij is dus ook voor David een soort ontdekkingstocht waarbij niets vast staat.

Doordat David zo veel verschillende beeldelementen gebruikt, ontstaat er een uitwisseling van deze elementen. Sommige beeldelementen zijn binnen het ene schilderij juist de vervreemdende factor terwijl hetzelfde element in een ander schilderij juist een bindende factor is. In zijn meest recente werken, denk ik persoonlijk te ontwaren dat er een sterkere wisselwerking is ontstaan tussen figuratieve en abstracte elementen. Aan de ene kant de figuratieve onderlaag en aan de andere kant de abstracte voorgrond. De termen voorgrond en onderlaag doen voorkomen alsof we te maken hebben met belangrijke elementen versus minder belangrijke elementen. Dit is echter niet het geval. Het een kan in Davids werk niet bestaan zonder het ander. Er is dan ook geen strijd om belangrijkheid maar misschien wel om aandacht?!!

Wilfred van der Velden - Curator